Kruispunt / Opinie

<Bonne chance, les Belges>

Eén jaar na de busramp in Sierre herleven de beelden van deze schokkende gebeurtenis in eenieders geheugen. Het noodlot  dat het leven kostte van 22 kinderen en 6 volwassenen, en het leed van de overlevenden en de nabestaanden hebben toen de ganse natie zwaar getroffen. Elkeen voelde zich betrokken bij zoveel ellende, zoveel onmacht. Iedereen deelde in de pijn. Het medeleven en de samenhorigheid waren weer werkelijkheid geworden.

Een jaar later heeft de Zwitserse hotelhouder, die kort na de feiten de toegesnelde familieleden van de slachtoffers had opgevangen, ons opnieuw geconfronteerd met de droefheid van die dag. Toen hij zijn herinneringen aan de gebeurtenissen voor de camera’s opdiepte werd hij blijkbaar door emotie overmand; sprakeloos hield hij seconden lang het hoofd afgewend. Toch beëindigde hij zijn getuigenis met een zachte, bemoedigende glimlach en de woorden: “Bonne chance, les Belges”.

Dit treffend gebaar van solidariteit heeft ongetwijfeld heel wat TV-kijkers naar het hart gegrepen. Vrij vertaald was dit ‘Hou vol’ of ‘Goeie moed’, kortom zowat een warm schouderklopje voor alle Belgen.

Zoiets moesten we dan nog van een Zwitser te horen krijgen.
Ze hebben zich overigens voortreffelijk gedragen, die Zwitsers. De hulpdiensten en veel vrijwilligers hebben zich met volledige overgave ontfermd over de slachtoffers en hun families. Het drama in Sierre heeft bij gans de bevolking aldaar een golf van sympathie en medeleven verwekt. Het feit dat zij, net als de Belgen, drie taalgemeenschappen tellen (weliswaar met minder betwistingen dan wij), heeft er ongetwijfeld mee te maken. ‘Merci, les Suisses!’

Het samenhorigheidsgevoel en de verbondenheid van toen hebben in ons Land niet lang standgehouden. Sindsdien zijn de gemoederen weeral verhit en verzuurd. De gemeenteraadsverkiezingen in 2012 en het vooruitzicht van de federale verkiezingen in mei 2014 hebben de politieke standpunten nog verder uiteengedreven en de onenigheid nog aangescherpt. De aanslepende economische crisis en het uitblijven van  een drastisch herstelbeleid hebben bij vele landgenoten de vertwijfeling nog doen toenemen. Terwijl de enen zich illusies maken door aan te leunen bij het extremistisch gedachtegoed, maken de anderen zich steeds meer zorgen over het voortbestaan en de toekomst van het Land.

De enige mogelijkheid om België uit het slop te halen is de samenbundeling van alle positieve krachten, de versteviging van de verstandhouding der Belgen. Deze noodzakelijke kentering betekent geenszins het herstel van de Belgische eenheidsstaat of de afzwakking van de gewestvorming en het federalisme, maar wel de behartiging van het unionisme, de consolidering van het samenwerkingsfederalisme.

Onze nationale wapenspreuk ‘Eendracht maakt macht’ heeft meer dan ooit zin en betekenis gekregen. Dit devies stamt af van de Belgische revolutie van 1830. Het verwoordde ongetwijfeld de toenmalige noodzaak van verbondenheid, ten einde de onafhankelijkheid van de jonge staat te waarborgen. Deze oproep tot eendracht verwees tevens naar de vereiste vereniging der negen provincies, die getekend waren door hun historische verscheidenheid. Wellicht werd hij tevens geïnspireerd door het besef dat de kiemen van de verdeeldheid, destijds voornamelijk belichaamd door de controverse tussen de liberale progressisten en de katholieke conservatieven, dienden te worden bedwongen door een hechte band van verstandhouding en samenwerking.
Nu het openlijk separatisme de grondvesten zelf van het Land ondermijnt en tevens aanstuurt op een hachelijk en absurd avontuur, is het hoog tijd dat alle gezonde geledingen van de natie eendrachtig een einde stellen aan de interne verscheurdheid en schouder aan schouder werk maken van een begeesterend project van hervorming.

De regering Di Rupo, die reeds in relatief korte tijd een heel eind weegs in die zin heeft afgelegd, draagt de enorme verantwoordelijkheid haar programma met vereende krachtdadigheid af te werken. Er bestaat geen alternatief dan de totale chaos. De partijvoorzitters en de ministers die het nodig vinden in de gegeven omstandigheden met elkaar een robbertje uit te vechten, hoeven geen excuses uit te vinden noch op enig meedogen van de kiezers te rekenen. Deze beseffen nu wel stilaan – na de eerste stappen die de separatisten in het bestuur gesteld hebben en na de openlijke bekentenissen van hun snode plannen – waar het met de bedrieglijke ‘verandering’ van de extremisten werkelijk naartoe gaat. Eindelijk liggen de kaarten op tafel.

De keuze is eigenlijk vrij eenvoudig. Enerzijds is er de weg van de redelijkheid, het evenwicht, het overleg, het gezond (Belgisch) compromis, het wederzijds begrip, de ‘stevige zekerheid’, de open blik, de krachtdadige aanpak, de warme solidariteit; anderzijds is er het vertoon van blinde eigenwaan, bekrompenheid, verstarring, verbittering, eigenzinnigheid, cynisme, radicalisme, populisme en misleiding. Natuurlijk zijn dit meestal clichés die niet voor alle kopstukken of kiezers van een of andere partij gelden: ophemelen of stigmatiseren zijn allebei ongepast. Toch vereenzelvigt de waakzame burger de mediageile politici doorgaans secuur met hun woorden en daden…

Jawel, de politiek is altijd enigszins speculatief, onzeker, onbetrouwbaar. Al is het maar omdat de toekomst altijd voor verrassingen kan zorgen, door allerlei omstandigheden. Het komt er uiteindelijk op aan de quasi-zekerheden, zowel in negatieve als in positieve zin, te identificeren. De beslissende maatstaf is vaak het vertrouwen.

De ware geschiedenis is alvast een baken van vertrouwen. De kennis van het verleden – hoe moeilijk zij ook is – is nagenoeg essentieel. Ze heeft met conservatisme niets te maken, integendeel, ze draagt in zich de kiemen van een betere toekomst.

JMP
13.03.2013
Toon alle berichten in Kruispunt / Opinie
JMP-Trends © 2024