Kruispunt / Opinie

Nationale Unie: het keerpunt

22 juli 2011 wordt wellicht een historische datum in onze vaderlandse geschiedenis: Koning Albert heeft toen, in het holst van de nacht - het was zowat half drie - het ontslag dat Elio Di Rupo als formateur eerder had ingediend, ongedaan gemaakt en zo het licht op groen gezet voor nieuwe onderhandelingen, met het oog op de vorming van een volwaardige regering. Dergelijke ommekeer werd mogelijk gemaakt doordat Di Rupo te elfder ure erin was geslaagd de nukkige CD&V-voorzitter Wouter Beke over de brug te halen.

Het is voor iedereen duidelijk dat deze hoopgevende wending, na 403 dagen stagnatie, geruzie en politieke onwil, in ruime mate te danken is aan de onverbloemde en forse toespraak van de 77-jarige Vorst, op de vooravond van de nationale feestdag. Met kracht en overtuiging had hij alle landgenoten gewaarschuwd voor de dreigende rampzalige gevolgen van deze ‘langste regeringsvorming sinds mensenheugenis’. Met klem had hij de politici gewezen op hun zware verantwoordelijkheid en hen aangespoord de nodige ‘moedige besluiten te nemen’. Zijn aanmaningen, zijn klaarblijkelijke emotie en duidelijke lichaamstaal beklemtoonden de ernst van de toestand; ze konden niemand onberoerd laten.

De weg ligt nu open voor een regering van Nationale Unie. Deze hoeft geenszins ‘behoudsgezind’ of ‘traditioneel’ te zijn, zoals sommigen (ten onrechte) beweren. Ze zal, dank zij de steun en deelname van enkele ‘nieuwe’ partijen (zoals Groen, Ecolo en CDH) over de nodige twee derden van de zetels kunnen beschikken om de door allen gewenste staatshervorming te bewerkstelligen.

Het moet niemand verwonderen dat de N-VA uit de boot gevallen is: dit is de logica zelf. Een partij die, overeenkomstig haar statuten, de splitsing en ontbinding van de natie nastreeft, kan toch niet echt deel uitmaken van een regering die precies tot taak heeft het voortbestaan, de voorspoed en het welzijn van het Land en zijn bevolking na te streven? Het was overigens van bij de aanvang der ‘besprekingen’ al overduidelijk dat de N-VA door haar radicale, extreme en halsstarrige eisen beoogde het nationaal bestel te ondergraven en te ontmantelen; zij voerde tevens een stiekeme, schaamteloze verrottingspolitiek en misleidde haar potentiële kiezers met de loze bewering dat Vlaamse onafhankelijkheid de Vlamingen zou ten goede komen. Alsof thans nog niet voldoende gebleken is dat de huidige Vlaamse regering - waarin de N-VA de sleutelfiguur speelt - in menig opzicht schromelijk tekortschiet of er niet in slaagt sommige hoogdravende projecten ten uitvoer te brengen.
Het is tenslotte zonneklaar dat de ruim een jaar aanslepende impasse en crisis op nationaal niveau in hoofdzaak precies te wijten is aan de dubbelzinnige N-VA- agenda. Nooit eerder in de Belgische geschiedenis is het zover gekomen. De onwil van die partij om water in de wijn te doen, de grote meerderheid van de medeburgers tegemoet te komen en een eerlijk vergelijk na te streven, heeft tussen de onderhandelaars een onoverbrugbare kloof geslagen. Het is best mogelijk dat sommige betrachtingen en streefdoelen van deze nieuwe partij wel nuttig en opbouwend zijn en althans een deel van de bevolking kunnen aanspreken; onderzoek heeft echter uitgewezen dat niet minder dan 85 procent van de kiezers van de N-VA helemaal geen voorstanders zijn van de ontmanteling van België. De partijleiding is door haar stugge, eigengereide houding aldus zelf de splijtzwam van haar succes.

De acht nationale partijen, die wel degelijk het voortbestaan van België nastreven, zijn het inmiddels eens geraakt over de aanpak van de komende, nieuwe onderhandelingen. Er zijn weliswaar nog heel wat moeizame stappen te zetten alsook voetangels te ontwijken. De prangende financiële, economische en sociale problemen hebben zich immers door het politieke kluwen van de laatste jaren opgestapeld. Het is onvermijdelijk dat elkeen nu water in de wijn zal moeten doen om tot een ruim en redelijk akkoord te komen. Er is nochtans geen reden tot wanhoop, wel integendeel: de Belgen hebben zich in de loop van de geschiedenis steeds als meesters in het compromis ontpopt. Waarom zouden zij, nu zij de dreiging van het complete cataclysme hebben bedwongen, de handen niet in mekaar kunnen slaan om de vroegere misstappen te herstellen en de basis te leggen voor een betere toekomst? De verscheidenheid hoeft niet te leiden tot onenigheid maar kan, zoals Koning Albert II het al herhaaldelijk in zijn toespraken heeft aangegeven, een bron van rijkdom zijn, in een geest van solidariteit en samenhorigheid. Ons nationaal devies ‘Eendracht maakt macht’ is eens te meer een brandend actuele grondslag voor een reddende ommekeer.

De bouwheren (en -dames) van de nieuwe regering gunden zich, onmiddellijk na hun basisovereenkomst, meteen een paar weken ‘vacantie-reces’. Of zij dit echt verdiend hadden ofwel er echt nood aan hadden, laten wij in het midden. Zij zullen het half augustus in alle geval moeten bewijzen. Er is geen weg meer terug, falen is volkomen uit den boze. Gezien de internationale monetaire crisis, waarin ons Land dreigt te worden meegesleurd, is er ook geen tijd meer te verliezen. Wie nu nog stokken in de wielen steekt, haalt zich onvermijdelijk de vloek van de natie op de hals.

JMP
01.08.2011
Toon alle berichten in Kruispunt / Opinie
JMP-Trends © 2024